Letterfoutje

Er staat een C tussen de G's.

 

Vierkanten

Er is 1 vierkant van 4 bij 4 vakjes (de buitenkant) = 1

Er zijn 16 vierkantjes + 2 vierkantjes aan de binnenkant in het midden = 18, dus totaal nu 19.

Dan gaan we vanuit linksboven 2 bij 2 vierkantjes nemen. We schuiven 1 vierkantje naar rechts en kunnen dan weer 2 bij 2 vierkantjes nemen. We schuiven nog een keer naar rechts en hebben nog een keer 2 bij 2 vierkantjes. Dus dat zijn er 3.

We herhalen dit door 1 vierkantje naar beneden te gaan en hetzelfde te doen. Dus weer 3.

En daarna gaan we nog 1 vierkantje naar beneden en doen weer hetzelfde. Dus weer 3. Totaal 9 erbij, dus nu totaal 28.

Dan gaan we vierkanten maken van 3 bij 3 vierkantjes. Dat kun je op 4 verschillende manieren doen. Dus opgeteld nu 32 vierkantjes.

En dan tellen we de 8 aller kleinste vierkantjes die je ziet in de middelste kolom.

Er zijn dus in totaal 40 vierkanten.

 

Getallenbrei

Elke rij en elke kolom zijn opgeteld 15. Dat betekent dat op de plek van het vraagteken een 8 komt te staan.

 

Goed lezen

Als je van elke zin de eerste letter neemt, dan weet je dat het antwoord is: I D S. Raad de volgende drie letters …. Zie je het ?

 

Toet toet

Als de auto in doos 1 zit, dan zijn uitspraak 1 en 2 juist. En dus zit de auto niet in doos 1 (want er was immers maar 1 uitspraak juist). Als de auto in doos 3 zit, dan zijn uitspraak 2 en 3 juist. En dus zit de auto ook niet in doos 3. De auto zit in doos 2, want dan is alleen uitspraak 3 goed.

 

Evenwicht

Uit de bovenste weegschaal blijkt dat de volleybal 3x zo zwaar is als de biljartbal. Laten we even voor het gemak zeggen dat de volleybal 3 kilo is en de biljartbal 1 kilo.

Op de middelste weegschaal zien we dat 2 volleyballen net zo zwaar zijn als een biljartbal en een voetbal. 2 volleyballen wegen 6 kilo en de biljartbal 1 kilo. Dus de voetbal is 5 kilo.

Op de onderste weegschaal zien we links 10 kilo (2 voetballen) en rechts 9 kilo (3 volleyballen). Er mist dus 1 biljartbal.

 

Welke vorm

Kijk goed naar de 2e dobbelsteen. De rode en blauwe vorm staan precies andersom dan de 3e dobbelsteen. Dus B is dan het goede antwoord.

 

Alleen voor Masterminds

- Als je de kleuren op de eerste rij vergelijkt met de kleuren op de derde rij, dan zie je dat er één kleur anders is, namelijk geel is dan oranje geworden. En in plaats van 2 kleuren die goed zijn (maar niet op de juiste plek) zijn het er opeens 3. Dus conclusie: geel zit er niet in, oranje wel.

- Op de vierde rij zijn er 2 kleuren goed. De ene is oranje weten we. De ander is dus paars of blauw. Aangezien er 4 kleuren van de 6 gebruikt moeten worden. Zijn dus groen, en rood allebei goed. We hebben dan dus nu: oranje, rood en groen. 

- Oranje moet dus op de 3e plek. 

- In de eerste rij zien we rood en groen die er beide in moeten. Dus kan blauw er niet in zitten. En dus hebben we nu onze vier kleuren: rood, oranje, paars en groen.

- Paars is in de vierde rij goed. Aangezien in de tweede rij, oranje en paars niet op de juiste plek staan, moet rood daar op de juiste plek staan.

- Dus dan wordt de volgorde: rood, paars, oranje, groen en dat is: 3562

 

Som

3,5 + 4,5

 +      +

9,5 + 3,5